Deze kleine lichtgroene knol is nog niet door iedereen gekend. Echt zonde. Dringend uitproberen dus.

De lekkerste versies zijn degene die niet groter zijn dan een flinke appel. Je kan ze zelfs eten zoals een appel: geschild en in partjes gesneden. Zo smaken ze als een zoetere radijs.
Je kan ze ook raspen voor in een salade, in plakjes op je brood leggen, eigenlijk kan je er alles mee.

Gekookt smaken ze als een bloemkool met veel pit. Gestoomd behouden ze nog beter hun smaak en geroosterd zijn ze niet te versmaden. En ja, natuurlijk kan je er ook soep van maken.

En de blaadjes?
Niet weggooien! De kleine blaadjes kan je rauw door een salade doen, of je kan ze wokken of er een jongeblaadjesvandekoolrabistoemp van maken.
De grotere bladeren kan je mee in een soep verwerken of ook mee in de stoemp doen. Haal dan wel de hardere delen weg.

Gezond?
Zeker! Ze bevatten zelfs meer vitamine C dan een sinaasappel. En minder calorieën dan een appel.

Bewaren?
In de koelkast in een plastieken zak blijven ze wekenlang goed.
Invriezen is geen goed plan omdat ze dan plat en bruin worden. Niet lekker.

Een recept voor op je boterham of voor bij een slaatje:
1 koolrabi
1 appel
100g verse kaas (type Philadelphia)
50g rozijnen
1 teentje look
bieslook/peper/zout

Rasp de koolrabi en de appel fijn. Plet de look.
Meng alles onder de kaas en kruid af met peper en zout.